Ga naar de inhoud

Gedoogbeschikking noodopvang voor Oekraïense ontheemden

Publicatiedatum:
woensdag 22 februari 2023
Originele publicatie downloaden:
Download het PDF bestand
Type bekendmaking:
ander besluit van algemene strekking



Gedoogbeschikking noodopvang voor Oekraïense ontheemden

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hillegom besluit:

  • 1.

    Een tijdelijke noodopvang voor Oekraïense ontheemden op het SDO-terrein, aan de Stationsweg 45 in Hillegom onder voorwaarden te gedogen.

  • 2.

    Deze gedoogbeschikking ter informatie te doen toekomen aan de gemeenteraad.

  • 3.

    Deze gedoogbeschikking in ieder geval (elektronisch) bekend te maken in het Gemeenteblad, en in het huis-aan-huisblad De Hillegommer.

     

1. Aanleiding

Naast de opvang van Oekraïners (ontheemden) in voormalig basisschool De Leerwinkel, heeft de landelijke overheid de gemeente gevraagd extra opvangplekken voor Oekraïners in ons dorp te verzorgen. Wij maken hiervoor gebruik van woonunits op het terrein naast sportvereniging SDO, aan de Stationsweg 45 te Hillegom.

Voor de realisatie van deze opvang is een omgevingsvergunning vereist waarvoor een procedure dient te worden doorlopen die enige tijd en zorgvuldigheid vergt. Deze noodopvang is echter acuut en per direct nodig. Daarom wordt bij hierbij een gedoogbeschikking afgegeven om – vooruitlopend op de verwachte vergunningverlening – de tijdelijke huisvesting van ontheemde Oekraïners mogelijk te maken.

 

2. Planologisch kader

Voor het terrein naast sportvereniging SDO, aan de Stationsweg 45 te Hillegom, geldt het vigerende bestemmingsplan: ‘Omgevingsplan Buitengebied en de Zanderij’, in samenhang met het bestemmingsplan ‘De Zanderij’.

De gronden waarop de opvanglocatie zal worden gesitueerd hebben de volgende bestemming: Enkelbestemming ‘Sportdoeleinden’.

Een tijdelijke opvangplek voor ontheemde Oekraïners past niet binnen deze enkelbestemming. Om medewerking te verlenen moet met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bestemmingsplan.

Gelet op het vorenstaande is voor het toestaan van het gebruik van dit terrein als tijdelijke noodopvanglocatie, een omgevingsvergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) vereist.

Onderzocht is in hoeverre er een juridische basis kan worden gecreëerd, op grond waarvan de tijdelijke opvang kan worden gerealiseerd. Dit is voor nu niet direct mogelijk, omdat er voor een deel van de voorgenomen activiteiten geldt dat er onvoldoende tijd is om de planologische procedures te doorlopen. Er dient onder grote tijdsdruk noodopvang te worden gecreëerd. Gelet op de urgentie en ernst van de opvangproblematiek kunnen deze procedures niet worden afgewacht.

 

3. Beginselplicht tot handhaving

Volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is het bevoegd gezag bij de overtreding van wettelijke voorschriften in beginsel verplicht om handhavend op te treden. Als er bijzondere omstandigheden zijn kan een bestuursorgaan afzien van handhaving. In deze gedoogbeslissing wordt aangegeven waarom wordt afgezien van handhaving.

Onder bijzondere omstandigheden kan worden afgezien van handhaving en kan de strijdigheid met wet- en regelgeving tijdelijk worden gedoogd. Gedogen is – samengevat – aanvaardbaar als:

  • 1.

    het gedogen beperkt is in omvang en/of tijd;

  • 2.

    het gedogen expliciet bij beschikking gebeurt;

  • 3.

    duidelijke voorwaarden aan het gedogen worden gesteld;

  • 4.

    regelmatig wordt bezien of de situatie zodanig is dat gedogen nog gerechtvaardigd is, en of aan de voorwaarden die aan het gedogen zijn gesteld wordt voldaan.

     

Gedogen moet verder beperkt blijven tot uitzonderingssituaties:

  • 1.

    overgangs- en overmachtssituaties (waaronder concreet zicht op legalisatie, bedrijfsverplaatsing, experimenteersituaties, wetswijzigingen, etc.);

  • 2.

    wanneer het door de wettelijke regeling beschermde belang uiteindelijk beter gediend is door gedogen, bijvoorbeeld een milieubelang dat in een specifieke situatie gediend is met het gedogen van een overtreding;

  • 3.

    zwaarwegende belangen nopen tot een gedoogsituatie;

  • 4.

    handhaving in strijd is met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur (vertrouwens- en rechtszekerheidsbeginsel).

     

4. Belangenafweging

Het algemeen humanitair en maatschappelijk belang acht de gemeente Hillegom in dit geval zwaarder wegen dan het belang van handhaving van de in dit geval toepasselijke wet- en regelgeving. Het college van burgemeester en wethouders van Hillegom is van mening dat er sprake is van een zwaarwegend humanitair belang dat noopt tot deze tijdelijke gedoogsituatie. Dat belang weegt volgens het college in dit geval zwaarder dan het belang van handhaving van de toepasselijke regels van het ter plaatse geldende bestemmingsplan ‘Omgevingsplan Buitengebied en de Zanderij’, in samenhang met het bestemmingsplan ‘De Zanderij’. Wel hecht de gemeente Hillegom zeer aan het belang van de inwoners van Hillegom en de gebruikers van de sportvelden naast de noodopvang en spant zij zich in om overlast en onveilige situaties te voorkomen (waaronder beveiliging, onderwijs, dagbesteding).

 

5. Legalisatie

De benodigde omgevingsvergunning is momenteel aangevraagd en in behandeling genomen. Op grond van de op dit moment bekende feiten en omstandigheden is de gemeente van oordeel dat planologische medewerking kan worden verleend aan de vestiging van de tijdelijke noodopvang voor ontheemde Oekraïners. Hiertoe is het volgende overwogen.

Een tijdelijke noodopvang voor ontheemde Oekraïners past op het terrein naast sportvereniging SDO binnen een goede ruimtelijke ordening. Het terrein biedt ruimte en voorzieningen om een kwalitatief goede opvang te kunnen realiseren. De tijdelijke locatie van de woonunits is goed af te bakenen. Er is sprake van een tijdelijk verblijf en er is geen sprake van permanente bewoning. Uit een eerste globale toets is gebleken dat omliggende bestemmingen niet in hun doelmatig functioneren zullen worden belemmerd als gevolg van het plan. Ook is gebleken dat relevante milieuaspecten zeer waarschijnlijk geen belemmeringen zullen vormen, op basis waarvan het plan ruimtelijk gezien niet uitgevoerd zou kunnen worden.

De omgevingsvergunning voor het van het bestemmingsplan afwijkende gebruik kan worden verleend op grond van artikel 2:12, lid 1, sub a, onder 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna; Wabo) in samenhang met artikel 4 sub 11 van de Bijlage II van het Besluit Omgevingsrecht (Bor). Daarmee bestaat, mede gezien de wettelijke beslistermijnen, binnen afzienbare tijd concreet zicht op de legalisatie van de strijdige situatie. De strijdige situatie zal aanvangen vanaf het moment dat het terrein onder gedoogconstructie in gebruik zal worden genomen als tijdelijke opvanglocatie.

 

6. Beslissing

Gelet op het hiervoor overwogene, waaruit blijkt dat de behoefte aan tijdelijke noodopvang voor ontheemde Oekraïners dermate noodzakelijk en acuut is, beslist het college van burgemeester en wethouders van Hillegom te gedogen dat in strijd met het geldende bestemmingsplan ‘Omgevingsplan Buitengebied en de Zanderij’, in samenhang met het bestemmingsplan ‘De Zanderij’, het terrein naast sportvereniging SDO aan de Stationsweg 45 te Hillegom, tijdelijk als noodopvang voor ontheemde Oekraïners wordt gebruikt.

Deze gedoogbeslissing heeft betrekking op het gebruik van voornoemd terrein in strijd met de hiervoor omschreven wet- en regelgeving en meer in het bijzonder op (in ieder geval):

  • 1.

    De strijdigheid met artikel 2.1. lid 1 onder a, van de Wabo: het bouwen van één of meerdere bouwwerken (slaap- en verblijfscabines) zonder de daartoe vereiste omgevingsvergunning;

  • 2.

    De strijdigheid met artikel 2.1. lid 1 onder c, van de Wabo: het gebruiken van de gronden en bouwwerken in strijd met het ter plaatse vigerende bestemmingsplan zonder de daartoe vereiste omgevingsvergunning;

  • 3.

    De strijdigheid met artikel 2.1. lid 1, onder d, van de Wabo: het in gebruik nemen of gebruiken van één of meer bouwwerken met het oog op de brandveiligheid zonder de daartoe vereiste omgevingsvergunning (of gebruiksmelding).

     

7. Voorwaarden

Aan deze gedoogbeslissing verbindt het college van burgemeester en wethouders de hiernavolgende voorwaarden:

  • 1.

    Deze gedoogbeslissing wordt afgegeven voor het gebruik van het terrein naast sportvereniging SDO aan de Stationsweg 45 te Hillegom, voor 18 woonunits (cabines) en 1 facilitaire ruimte (cabine) t.b.v. het huisvesten van ontheemde Oekraïners.

  • 2.

    Deze gedoogbeslissing geldt voor de periode dat de aanvraag voor de benodigde omgevingsvergunning in behandeling is. Dit houdt in dat deze gedoogbeslissing vervalt na het in werking treden van de benodigde omgevingsvergunning, dan wel de inwerkingtreding van een besluit tot weigering van de vergunning. Indien de werking van de omgevingsvergunning wordt geschorst vanwege een rechterlijke beslissing, herleeft de gedoogbeschikking gedurende de periode dat de werking van de omgevingsvergunning is geschorst. Deze gedoogbeslissing vervalt in ieder geval op 1 januari 2024.

  • 3.

    De in deze ontwikkelingen betrokken cabines dienen ten tijde van ingebruikname te voldoen aan alle eisen van het Bouwbesluit 2012, met name op het gebied van gezondheid, constructieve veiligheid, brandveiligheid en overige veiligheidsaspecten, zoals een ontruimingsplan.

  • 4.

    Deze gedoogbeslissing vervalt als blijkt dat de cabines en het omliggende terrein wordt gebruikt in strijd met het gebruik zoals voorgeschreven in deze gedoogbeslissing.

  • 5.

    Het college van burgemeester en wethouders behoudt zich het recht voor om de voorliggende gedoogbeslissing op enig moment, als de omstandigheden naar zijn oordeel hierom vragen, in te trekken.

  • 6.

    Deze gedoogbeslissing heeft vooralsnog enkel betrekking op de aanlegfase. Om ook na de aanlegfase te kunnen gelden zal een toereikende AERIUS-berekening moeten worden overgelegd aan het college van burgemeester en wethouders.

  • 7.

    Het college van burgemeester en wethouders kan aanvullende voorwaarden stellen.

     

8. Bekendmaking

Aangezien een gedoogbeslissing geen besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht is bekendmaking geen voorwaarde voor inwerkingtreding. Echter, in het kader van de rechtszekerheid en overige algemene beginselen van behoorlijk bestuur, wordt deze beslissing wel bekendgemaakt.

 

9. Rechtsmiddelen

Tegen een gedoogbeslissing of intrekking daarvan kan geen bezwaar worden gemaakt of beroep ingesteld. Een gedoogbeslissing is geen besluit als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Alleen tegen Awb-besluiten kan bezwaar worden gemaakt en beroep worden ingesteld.

 

Hillegom, 10 februari 2023

Ga naar het begin