Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Hillegom houdende regels voor de commissie ruimtelijke kwaliteit Reglement van Orde Commissie Ruimtelijke Kwaliteit
Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Hillegom houdende regels voor de commissie ruimtelijke kwaliteit Reglement van Orde Commissie Ruimtelijke Kwaliteit
Het advies dat betrekking heeft op de welstandsaspecten van een aanvraag om een
omgevingsvergunning voor het bouwen.
De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit, als bedoeld in artikel 9.1 van de Bouwverordening.
Het college van burgemeester en wethouders.
Dit Reglement van Orde Commissie Ruimtelijke Kwaliteit.
Als de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit advies uitbrengt als bedoeld in dit Reglement, fungeert de commissie als welstandscommissie.
De commissie regelt zelf haar wijze van werken, zulks met inachtneming van de bepalingen genoemd in hoofdstuk 9 van de Bouwverordening en in dit Reglement.
De commissie kan zich naar eigen inzicht laten bijstaan door extra adviseurs.
Dit betreft o.a. disciplines als cultuur- en bouwhistorie, landschapsarchitectuur, landgoederen of beeldende kunst. Afhankelijk van de aanvraag om een omgevingsvergunning die moet worden beoordeeld, nemen de extra adviseurs deel aan de vergadering.
Zij hebben geen stemrecht, tenzij ze als commissielid zijn benoemd door de gemeenteraad.
De commissie heeft tot taak op verzoek van het college advies uit te brengen aan het college over aanvragen voor een omgevingsvergunning.
De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit baseert haar advies op de welstandscriteria en het gemeentelijke beleid zoals die zijn vastgelegd in de Welstandsnota.
4. Niet wettelijk verplichte taken
De commissie voert - op verzoek van het college - naast de reguliere taken de volgende (niet wettelijk verplichte) taken uit:
- -
-
-
Advies uitbrengen aan het college over de ruimtelijke kwaliteitsaspecten van in voorbereiding zijnde structuurvisies, bestemmingsplannen, ontheffingen / projectbesluiten, beheersverordeningen, beeldkwaliteitplannen, stedenbouwkundige plannen, landschappelijke plannen, en andere relevante gemeentelijke beleidsstukken waaronder de welstandsnota / nota ruimtelijke kwaliteit. De commissie krijgt deze stukken in het ontwerpstadium voorgelegd ter advisering en brengt hier desgevraagd schriftelijk advies over uit.
- -
- -
- -
5. Niet betrokken zijn bij een aanvraag om een omgevingsvergunning
De leden van de commissie en hun eventuele plaatsvervangers of extra adviseurs die als opdrachtgever, ontwerper of anderszins bij een door de commissie te beoordelen aanvraag om een omgevingsvergunning betrokken zijn, onthouden zich van medewerking aan de beoordeling daarvan en zijn niet betrokken bij beraadslaging, beoordeling en advisering over die aanvraag.
6. Openbaarheid van vergaderen en mondelinge toelichting
Het bepaalde in de artikelen 9.6 en 9.7 van de bouwverordening geldt niet voor informeel vooroverleg over bijv. een principeaanvraag of een schetsplan, tenzij de aanvrager, het college en de commissie geen bezwaar hebben tegen een openbare behandeling.
Zowel opdrachtgevers/ontwerpers als direct belanghebbenden hebben spreekrecht. Wanneer opdrachtgevers/ontwerpers en/of direct belanghebbenden in toelichtende zin gebruik maken van hun spreekrecht stelt de voorzitter of het aangewezen lid of de aangewezen leden, afhankelijk van de agenda, de maximale spreektijd van eenieder vast. Spreektijd kan slechts worden gebruikt voor het geven van een visie op de welstandsaspecten van het plan. Een belangenafweging of beoordeling, anders dan op basis van de vastgestelde welstandscriteria vindt niet plaats tijdens de welstandsbeoordeling.
7. Openbaarheid van de adviezen
De commissie brengt heldere en goed beargumenteerde adviezen uit aan het college. Het college besluit of en op welke wijze de adviezen van de commissie openbaar gemaakt worden.
8. Afdoening onder verantwoordelijkheid
De commissie kan de advisering over een aanvraag om een omgevingsvergunning, onder verantwoordelijkheid van de commissie, overlaten aan een of meerdere daartoe aangewezen leden (“gemandateerden”). Het aangewezen lid of de aangewezen leden kunnen, zowel positief als negatief, adviseren over bouwplannen waarvan volgens hen het oordeel van de commissie als bekend mag worden verondersteld.
De commissie is eindverantwoordelijk voor het advies.
In geval van twijfel wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in het bovenstaande alsnog voorgelegd aan de commissie.
9. Vorm waarin het advies alsmede de motivering daarvan wordt uitgebracht
De gemeente regelt zelf haar wijze van ondertekenen en /of waarmerken van het advies en de bijbehorende stukken, zulks met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen.
Negatieve adviezen worden gemotiveerd o.a. met een verwijzing naar de van toepassing zijnde welstandscriteria; positieve adviezen worden alleen gemotiveerd als daarom specifiek wordt verzocht.