Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Hillegom houdende regels omtrent de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Verordening reinigingsheffingen 2019
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Hillegom houdende regels omtrent de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Verordening reinigingsheffingen 2019
De raad van de gemeente Hillegom;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2018, Z-18-059355/voorstelnummer 147271;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en
artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2019
Hoofdstuk 2: Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
- 1.
-
2.
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden
beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet Milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij de verordening behorende tarieventabel.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
- 1.
-
2.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt , bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht , nog volle kalendermaanden overblijven.
- 4.
- 5.
Artikel 9 Termijnen van betaling
- 1.
-
2.
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet één aanslag bevat, het bedrag daarvan meer is dan € 100,00 en minder dan € 5.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, moeten de aanslagen worden betaald in negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.
- 3.
Hoofdstuk 3: Reinigingsrechten
Onder de naam "reinigingsrechten" worden rechten geheven zowel voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten worden geheven door middel een mondelinge kennisgeving, dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingplichtige bekendgemaakt.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Hoofdstuk 4: Aanvullende bepalingen
Artikel 17 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
Aldus besloten door de raad in zijn openbare vergadering van 13 december 2018.
drs. P.M. Hulspas - Jordaan
griffier
A. van Erk
voorzitter
Bijlage 1 Tarieventabel behorende bij de Verordening reinigingsheffingen 2019
De bedragen, genoemd in dit hoofdstuk, zijn inclusief omzetbelasting als deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1 Maatstaven en tarieven voor de afvalstoffenheffing
Hoofdstuk 2 Maatstaven en tarieven voor overige reinigingsrechten