Ga naar de inhoud

Verordening op de raadscommissie van Hillegom 2023

Publicatiedatum:
vrijdag 7 juli 2023
Originele publicatie downloaden:
Download het PDF bestand
Type bekendmaking:
algemeen verbindend voorschrift (verordening)



Verordening op de raadscommissie van Hillegom 2023

 

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    brede fractie: een fractie inclusief de door die fractie voorgedragen burgerleden die de eed of belofte hebben afgelegd;

  • b.

    burgerlid: lid van de raadscommissie, niet zijnde een raadslid;

  • c.

    driehoek: burgemeester, gemeentesecretaris en griffier;

  • d.

    fractie: een fractie als bedoeld in artikel 6 van het Reglement van orde voor de gemeenteraad;

  • e.

    griffier: de griffier of zijn plaatsvervanger;

  • f.

    lid: lid van de raadscommissie;

  • g.

    portefeuillehouder: burgemeester of wethouder.

Hoofdstuk 2: taken en samenstelling

Artikel 2 Instelling commissie en taken

Er is een:

  • 1.

    raadscommissie met de volgende taken:

    • a.

      brengt advies uit aan de raad over de voorstellen ter voorbereiding van de besluitvorming van de raad;

    • b.

      kan advies uitbrengen aan de raad over andere onderwerpen dan bedoeld onder a, en

    • c.

      voert overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur.

  • 2.

    beeldvormende commissie. Tijdens de beeldvormende commissie worden raads- en burgerleden geïnformeerd over onderwerpen die behoren tot het werkterrein van de gemeenteraad.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1.

    De raadsleden zijn lid van de raadscommissie en de beeldvormende commissie.

  • 2.

    De fracties kunnen ook niet-raadsleden als lid voordragen (burgerleden). Deze leggen de eed of belofte af ten overstaan van de voorzitter van de raad tijdens een raadsvergadering.

  • 3.

    Het voorgedragen burgerlid wordt toegelaten tot de commissie als deze de eed of belofte heeft afgelegd, mits voldaan is aan het gestelde in artikel 3, lid 5.

  • 4.

    Per brede fractie mag het aantal burgerleden niet hoger zijn dan vier.

  • 5.

    De artikelen 10, 11, 12 en 13 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een burgerlid.

  • 6.

    De voorzitters van de raadscommissie worden door de raad uit zijn midden benoemd. De voorzitters fungeren als technisch voorzitter en handhaaft de orde.

Artikel 4 Zittingsduur

  • 1.

    De zittingsperiode van een lid en voorzitter eindigt in ieder geval aan het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    Een lid houdt op lid te zijn als hij niet meer voldoet aan de in artikel 3, vierde lid, gestelde eisen of als de fractie die het lid heeft voorgedragen, niet langer vertegenwoordigd is in de raad.

  • 3.

    Een burgerlid houdt op lid te zijn, als de fractievoorzitter van de fractie die het lid heeft voorgedragen, dit schriftelijk aan de raad meedeelt.

  • 4.

    De raad kan een voorzitter en een burgerlid ontslaan.

  • 5.

    Een burgerlid en een voorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat direct in.

Artikel 5 De griffier

  • 1.

    De griffier ondersteunt de raadscommissie.

  • 2.

    Hij is in iedere vergadering aanwezig en kan, als hij daartoe door de voorzitter wordt uitgenodigd, deelnemen aan de beraadslagingen.

Hoofdstuk 3: Vergaderingen

Paragraaf 1 Vergaderfrequentie; voorbereidingen

Artikel 6 Vergaderfrequentie

  • 1.

    Het presidium stelt het vergaderschema van de raad en de commissies vast.

  • 2.

    De raadscommissie vergadert als de driehoek dit nodig oordeelt of als ten minste vier raadsleden schriftelijk met opgaaf van redenen hierom verzoeken. In het laatste geval wordt binnen 14 dagen na ontvangst van het verzoek een vergadering gehouden.

Artikel 7 Voorlopige agenda, oproep en beschikbaarheid stukken

  • 1.

    De driehoek stelt de voorlopige agenda van de raadscommissievergaderingen en beeldvormende commissievergaderingen op.

  • 2.

    Een raadslid kan een agenderingsvoorstel voor een commissievergadering indienen bij de driehoek. De driehoek plaatst deze op een voorlopige agenda.

  • 3.

    De griffier zendt, na overleg in de driehoek, ten minste 7 dagen voor een vergadering – spoedeisende vergaderingen uitgezonderd - de leden een schriftelijke oproep onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

  • 4.

    De in het eerste lid bedoelde oproep wordt gelijktijdig ter informatie verzonden aan de leden van het college. Zij worden geacht voor alle vergaderingen van de raadscommissie te zijn uitgenodigd.

  • 5.

    De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep via het raadsinformatiesysteem aan eenieder beschikbaar gesteld. Informatie van de raadscommissie of aan de raadscommissie verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk Va van de wet geheimhouding is opgelegd wordt via het besloten raadsinformatiesysteem aan de leden beschikbaar gesteld.

  • 6.

    Als op een later tijdstip stukken beschikbaar worden gesteld, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.

  • 7.

    In spoedeisende gevallen kan de driehoek na het verzenden van de schriftelijke oproep een aanvullende agenda opstellen. Deze wordt aan de leden verzonden en openbaar gemaakt. De bijbehorende stukken worden gelijktijdig via het (besloten) raadsinformatiesysteem beschikbaar gesteld.

Artikel 8 Openbare kennisgeving

  • 1.

    Openbare vergaderingen worden op de voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze en door vermelding op de gemeentelijke website openbaar gemaakt.

  • 2.

    De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats en voorlopige agenda van de vergadering;

    • b.

      de wijze waarop en de plaats waar eenieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien;

    • c.

      de mogelijkheid tot het bezoeken van het raadspreekuur en uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 13.

  • 3.

    In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend langs elektronische weg plaatsvinden.

     

Paragraaf 2 Orde van de vergadering

Artikel 9 Presentielijst

Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid dat deelneemt aan de vergadering de presentielijst.

Artikel 10 Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • 1.

    De vergadering kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

  • 2.

    Op degene die op grond van dit artikel is toegelaten deel te nemen aan de beraadslaging zijn de bepalingen van dit reglement van toepassing.

Artikel 11 Vaststellen agenda

  • 1.

    Bij aanvang van de vergadering stelt de raadscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

  • 2.

    Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie bij de vaststelling van de agenda de volgorde of de wijze van behandeling van de agendapunten wijzigen. Zij informeren de raadscommissie

  • 3.

    Indien de raadscommissie besluit een raadsvoorstel niet te behandelen dan geeft de commissie de raad het advies om het onderwerp van zijn agenda af te voeren.

  • 4.

    Een hamerstuk wordt een bespreekstuk als ten minste twee leden van verschillende brede fracties hierom verzoeken.

Artikel 12 Inspreekrecht

  • 1.

    Elke persoon en/of groepering woonachtig, gevestigd of op een andere wijze belanghebbende in de gemeente Hillegom kunnen in een openbare vergadering maximaal 5 minuten het woord voeren over op de agenda vermelde onderwerpen.

  • 2.

    Het woord kan niet gevoerd worden over:

    • a.

      een onderwerp dat niet tot het werkterrein van de gemeente behoort;

    • b.

      benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

  • 3.

    Het is een inspreker, behoudens uitzonderlijke situaties, niet toegestaan om over hetzelfde onderwerp in meerdere openbare vergaderingen in te spreken.

  • 4.

    Degenen die van het spreekrecht gebruik willen maken melden dit voor 12 uur op de dag van de vergadering aan de griffie. Zij vermelden hun naam, adres en telefoonnummer of e-mailadres en het onderwerp waarover zij willen spreken.

  • 5.

    De totaal beschikbare spreektijd bedraagt maximaal 30 minuten. Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

  • 6.

    De leden kunnen aan insprekers korte, verhelderende vragen stellen. Er vindt geen discussie met insprekers plaats.

Artikel 13 Vragenkwartier

  • 1.

    Commissieleden kunnen mondeling korte, actuele politieke vragen stellen aan het college bij het agendapunt Vragenkwartier.

  • 2.

    Het commissielid dat hiervan gebruik wil maken, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp uiterlijk om 12 uur op de dag van de vergadering bij de griffie.

  • 3.

    Leden kunnen geen vragen stellen tijdens het vragenkwartier over een onderwerp dat in een commissievergadering van die week aan de orde komt.

  • 4.

    De voorzitter bepaalt de volgorde, waarin aangemelde onderwerpen tijdens het vragenkwartier aan de orde worden gesteld.

  • 5.

    Na beantwoording krijgt de vragensteller desgewenst de gelegenheid om aanvullende vragen te stellen en vervolgens kan de voorzitter ook andere leden het woord geven om aanvullende vragen over hetzelfde onderwerp te stellen.

  • 6.

    Tijdens het vragenkwartier worden geen interrupties toegelaten.

Artikel 14 Spreekregels

  • 1.

    Per brede fractie hebben gelijktijdig maximaal twee leden zitting aan de vergadertafel.

  • 2.

    Tijdens beeldvormende commissievergaderingen kunnen leden technische vragen stellen. De fracties geven nog geen mening en er vindt geen debat plaats. Interrupties zijn niet toegestaan.

  • 3.

    Tijdens raadscommissievergaderingen geven de fracties aan wat zij van een raadsvoorstel vinden. Hier vindt het debat plaats. De leden kunnen geen technische vragen stellen tijdens een raadscommissie.

  • 4.

    Bij onderwerpen ter advisering aan de raad zijn er twee spreektermijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist. In elke spreektermijn voert niet meer dan één lid per brede fractie het woord.

  • 5.

    In de eerste spreektermijn benoemen de commissieleden wat hun fractie ziet als plus- en minpunten van een onderhavig voorstel (opzetronde van het debat).

  • 6.

    Na de eerste termijn van de commissie krijgt de indiener van het voorstel de gelegenheid te reageren op de ingebrachte argumenten.

  • 7.

    In de tweede termijn reageren de commissieleden op de argumenten van de andere fracties en van de indiener van het voorstel (verweerronde van het debat).

  • 8.

    Interrupties ter verduidelijking van de mening van de spreker zijn in beginsel toegestaan, zowel in de termijnen van de commissie als in de spreektermijn van de indiener van het voorstel.

  • 9.

    De voorzitter kan de indiener van het voorstel buiten diens spreektermijn het woord geven als hij meent dat dit voor een goed begrip van het voorstel nodig is.

Artikel 15 Advisering

  • 1.

    Na sluiting van de tweede termijn adviseert elke fractie of het voorstel als bespreekstuk of hamerstuk in de raad geagendeerd moet worden.

  • 2.

    De leden beslissen op voorstel van de voorzitter over het advies.

  • 3.

    De voorlopige agenda van de raad wordt aan de hand de advisering opgesteld. Een onderwerp wordt als bespreekstuk voor de raad geagendeerd als ten minste twee leden van verschillende brede fracties dit adviseren.

  • 4.

    In afwijking van lid 3 kan de raadscommissie de raad gemotiveerd adviseren dat een voorstel nog niet rijp is voor besluitvorming.

Artikel 16 Voorstellen van orde

  • 1.

    De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht.

  • 2.

    Over een voorstel van orde beslist de vergadering terstond.

Artikel 17 Verslag

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor het bijhouden van een presentielijst en voor een verslag van de vergadering.

  • 2.

    Het verslag bevat ten minste:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de griffier, de ter vergadering aanwezige leden, de aanwezige leden van het college en de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 9 lid b, artikel 10 en artikel 12 is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      in de raadscommissie gedane toezeggingen;

    • d.

      het advies van de brede fracties voor de verdere behandelwijze van de onderwerpen of voorstellen;

  • 3.

    Het conceptverslag wordt aan de leden van de commissie en de leden van het college toegezonden.

  • 4.

    De leden, de voorzitter en overige personen die het woord hebben gevoerd, hebben het recht een voorstel tot verandering aan de raad te doen, als het schriftelijke conceptverslag naar hun mening onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft wat geadviseerd is. Een voorstel tot verandering dient, ten minste 24 uur voor de vergadering waarin het verslag wordt vastgesteld, schriftelijk bij de griffier te worden ingediend.

  • 5.

    Het verslag wordt door de raad vastgesteld.

Hoofdstuk 4: Toehoorders en media

Artikel 18 Toehoorders en media

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de media wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3.

    De voorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4.

    Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 19 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare commissievergadering geluid- en/of beeldregistraties willen maken melden dit aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Hoofdstuk 5: Geheimhouding en besloten commissievergadering

Artikel 20 Opleggen geheimhouding

  • 1.

    De raadscommissie en beeldvormende commissie kunnen op grond van een belang, genoemd in artikel 5.1, eerste en tweede lid, van de Wet open overheid, een verplichting tot geheimhouding opleggen op informatie.

  • 2.

    Op de in het eerste lid genoemde informatie wordt op passende wijze kenbaar gemaakt dat deze geheim is.

Artikel 21 Nadere regels over delen van geheime informatie

  • 1.

    Indien voor de raadscommissie of beeldvormende commissie onderwerpen worden geagendeerd waarbij informatie gedeeld moet worden waarop geheimhouding is opgelegd, wordt deze informatie gepubliceerd op het besloten deel van het raadsinformatiesysteem.

  • 2.

    Indien voor een raadscommissie- of beeldvormende commissievergadering een voorstel wordt geagendeerd dat informatie bevat waarop geheimhouding is opgelegd of waarbij informatie moet worden betrokken waarop geheimhouding is opgelegd, wordt deze informatie beschikbaar gesteld voor de burgerleden.

  • 3.

    Als het college of de burgemeester schriftelijk geheime informatie verstrekt aan een commissie waar tevens raadsleden deel van uitmaken wordt deze informatie gedeeld met alle raadsleden.

  • 4.

    Indien een raadscommissie of beeldvormende commissie geheime informatie deelt met de raad, is alleen de raad bevoegd deze informatie te delen met derden.

Artikel 22 Opheffen geheimhouding van geheimhouding

De raadscommissie en beeldvormende kunnen alleen de geheimhouding opheffen op stukken waarop de commissie deze geheimhouding heeft gelegd, tenzij deze stukken berusten bij de raad. Dan kan alleen de raad de geheimhouding opheffen.

Artikel 23 Besloten vergaderingen

  • 1.

    De raadscommissie of beeldvormende commissie vergadert besloten wanneer tenminste een vijfde van het aantal leden dat de presentielijst heeft getekend daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt.

  • 2.

    Op besloten raadscommissie- of beeldvormende commissievergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

  • 3.

    Als de raadscommissie of beeldvormende commissie besloten vergadert geldt op grond van artikel 23, lid 4 van de wet een verplichting tot geheimhouding op de informatie die in de vergadering wordt besproken. Deze verplichting tot geheimhouding duurt tot de commissie of raad haar opheft.

  • 4.

    In tegenstelling tot artikel 18 van deze verordening zijn de verslagen van besloten raadscommissie- en beeldvormende commissievergaderingen geheim. De verslagen worden vastgesteld door de raad in zijn volgende vergadering. De verplichting tot geheimhouding duurt tot de raad haar opheft.

Hoofdstuk 6: Slotbepalingen

Artikel 24 Uitleg reglement

In de gevallen waarin deze verordeningen niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van het reglement, beslist de commissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 25 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de dag nadat het is bekendgemaakt.

  • 2.

    Op dat tijdstip vervalt de “Verordening op de raadscommissie van Hillegom 2016.

  • 3.

    De citeertitel van deze verwording luidt “Verordening op de raadscommissie Hillegom 2023”

Aldus besloten in de vergadering van 29 juni 2023.

Mw. Drs. Y.P.A. Hermans,

griffier

Dhr. A. van Erk,

voorzitter

Artikelsgewijze toelichting op de Verordening op de raadscommissie van Hillegom

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De Gemeentewet kent het begrip ‘fractie’ niet maar gaat in artikel 33, tweede lid, wel uit van het bestaan van in de raad vertegenwoordigde groeperingen (recht op fractie-ondersteuning). Tot de fractie behoren de gekozen vertegenwoordigers (raadsleden). In deze verordening wordt voor de gekozen leden en burgerleden samen de term “brede fractie” gehanteerd.

 

Hoofdstuk 2: Taken en samenstelling

 

Artikel 2 Taken

De taken van de raadscommissie zijn vastgelegd in artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet. Naast de technisch-inhoudelijke voorbereiding in de beeldvormende commissie vindt in de raadscommissie een politieke bespreking plaats. Brede fracties geven in de tweede termijn hun opinie. De raadscommissie biedt ook ruimte aan opinies die leven bij de bevolking en bij organisaties en groeperingen in de gemeente. De raadscommissie heeft zo ook een belangrijke taak bij de vervulling van de volksvertegenwoordigende rol van de raad. Ter invulling van het tweede lid staat op de agenda van de raadscommissie staat ook het agendapunt ‘Korte mededelingen uit college en samenwerkingsverbanden’. Bij dit agendapunt kunnen portefeuillehouders informatie geven over niet-geagendeerde onderwerpen. Ook raadsleden die benoemd zijn als vertegenwoordigers in samenwerkingsverbanden, kunnen hierover bij dit agendapunt informatie geven.

 

Artikel 3 Samenstelling

De raadsfracties hebben er behoefte aan ook anderen dan gekozen raadsleden te laten deelnemen aan de voorbereiding van de besluitvorming door de raad. Deze zogenoemde burgerleden kunnen de taken van de raadsleden verlichten. Zij worden door een fractie voorgedragen en leggen de eed of belofte af. De voorgedragen burgerleden worden niet benoemd door de raad. Vaak blijkt het burgerlidmaatschap ook een “kweekvijver” voor toekomstige raadsleden. Daarmee dient het niet alleen het fractiebelang, maar ook het gemeentelijk belang. Van burgerleden wordt verwacht dat ze actief deelnemen aan de raadscommissievergaderingen. Op grond van het vierde lid moeten ook niet-raadsleden voldoen aan hetgeen is bepaald in de artikelen 10, 11, 12 en 13 van de Gemeentewet. Dit betekent onder andere dat zij ingezetene van de gemeente moeten zijn en ten minste achttien jaar, over een geldige verblijfstitel moeten beschikken, hun andere functies openbaar moeten maken en niet tevens bepaalde in de wet genoemde functies mogen vervullen. De verwijzing naar artikel 15 van de Gemeentewet (‘verboden handelingen’) is geschrapt omdat er een taak bij gedeputeerde staten belegd werd (verlenen ontheffing) zonder dat gemeenten daar een expliciete grondslag voor hebben. De burgerleden worden wel gewezen op de onwenselijkheid van het verrichten van bepaalde werkzaamheden. Voorgedragen burgerleden hoeven niet op de verkiezingslijst van een politieke partij te hebben gestaan. Hierdoor komen ook inwoners die ná de verkiezingen actief willen worden voor een politieke partij, in aanmerking voor het burgerlidmaatschap.

Over lid 6: Artikel 82, vierde lid, van de Gemeentewet schrijft voor dat de voorzitter van de raadscommissie raadslid moet zijn. Om die reden bepaalt artikel 4, eerste lid, dat de raad de voorzitters “uit zijn midden” benoemt. Het tweede lid geeft aan dat een voorzitter niet als vertegenwoordiger van zijn fractie optreedt, maar als onafhankelijk voorzitter.

 

Artikel 4 Zittingsduur

Een burgerlid neemt deel aan de vergaderingen namens de fractie die het burgerlid heeft voorgedragen. Raadsleden zijn lid uit hoofde van hun raadslidmaatschap (artikel 3 eerste lid). De voorzitters wordt de raad benoemd en kan ook door de raad ontslagen worden (lid 4). Ook een burgerlid kan door de raad worden ontslagen. Dit zou aan de orde kunnen komen als een voorzitter niet meer het vertrouwen van de raad bezit of als een burgerlid bij herhaling commissievergaderingen verstoort en de eigen fractie het burgerlid niet wenst terug te trekken.

 

Artikel 5 De griffier

De griffier heeft als taak de raadscommissie te ondersteunen. Dit betreft met name logistieke en procedurele ondersteuning van de raadscommissie. Indien gewenst kan technische beleidsinhoudelijke ondersteuning door de griffier, via de gemeentesecretaris, uit het reguliere ambtelijke apparaat worden betrokken.

 

Hoofdstuk 3: Vergaderingen

 

Paragraaf 1 Vergaderfrequentie; voorbereidingen

 

Artikel 6 Vergaderfrequentie

De driehoek wordt hier genoemd omdat deze de voorlopige agenda van de raadscommissie opstelt en daarmee bepaalt hoeveel vergaderavonden nodig zijn. Het presidium bepaalt per kalenderjaar in het vergaderschema alle raadscommissiedata en –reservedata. Het aantal raadsleden dat nodig is om een vergadering van de raadscommissie bijeen te roepen is gelijkgesteld aan het aantal dat nodig is om een raadsvergadering bijeen te roepen (art. 17 Gemeentewet).

 

Artikel 7 Voorlopige-agenda, de oproep en beschikbaarheid stukken

De driehoek stelt voorlopige agenda op. De schriftelijke oproep wordt per mail verzonden. De in Hoofdstuk Va van de Gemeentewet bedoelde stukken zijn stukken ten aanzien waarvan geheimhouding is opgelegd.

Raadsleden kunnen een agenderingsverzoek indienen voor een gesprek tijdens de raadscommissie of een presentatie tijdens de beeldvormende commissie. De driehoek plaatst een agenderingsverzoek op een passende agenda. De raadscommissie stelt vervolgens zelf haar agenda vast.

 

Artikel 8 Openbare kennisgeving

Met dit artikel wordt invulling gegeven aan het voorschrift van artikel 82, vijfde lid, van de Gemeentewet.

 

Paragraaf 2 Orde van de vergadering

In de verordening is weinig geregeld met betrekking tot de orde van de vergaderingen om de werkwijze zo flexibel mogelijk te houden. De mogelijkheid om een voorstel van orde in te dienen (artikel 16) legt de sturing geheel bij de vergadering zelf.

 

Artikel 9 Presentielijst

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 10 Deelname aan de beraadslaging door anderen

Dit artikel maakt het mogelijk dat de raadscommissie zich door niet alleen het college laten informeren. Door derden formeel toe te staan deel te nemen aan de beraadslaging geldt voor hen ook het in artikel 22 Gemeentewet geregelde verschoningsrecht, dat in artikel 82, vijfde lid, van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing wordt verklaard op leden van de raadscommissie en andere personen die aan de beraadslagingen deelnemen. Uiteraard hebben deze andere sprekers voor het overige niet dezelfde rechten als de leden. Een andere spreker heeft onder meer geen recht om een voorstel te doen over de orde van de vergadering.

 

Artikel 11 Vaststellen agenda

De driehoek stelt de voorlopige agenda van de raadscommissie op, maar uiteindelijk bepaalt de raadscommissie zijn eigen agenda. Hieruit vloeit ook voort dat het college niet meer zelf kan beslissen over de behandeling van een voorstel dat het aan de raad heeft aangeboden en dat op de voorlopige agenda staat vermeld (derde lid). Met “wijze van behandeling” (tweede lid) wordt bedoeld de behandeling als bespreekstuk of als hamerstuk. Dit artikel heeft tot doel de raadscommissie een actieve rol te geven in de agendering en geeft het individuele commissielid invloed op de agenda. De raadscommissie kan besluiten een voorstel niet te behandelen. Maar de raad gaat vervolgens over zijn eigen agenda. Alleen de raad kan onderwerpen van zijn agenda afvoeren.

 

Artikel 12 Spreekrecht burgers

Voor de goede orde is een aantal onderwerpen van het spreekrecht uitgezonderd. In het vierde lid is bepaald dat een inspreker zich ten minste 24 uur voor de vergadering dient aan te melden. Hierdoor wordt het mogelijk het beoogde onderwerp te toetsen aan de bepalingen van het tweede en derde lid.

 

Artikel 13 Vragenkwartier

De hier opgenomen regeling is gelijk aan de regeling die geldt voor de raad.

 

Artikel 14 Spreekregels

Het is de bedoeling dat technische vragen over een voorstel of onderwerp zoveel mogelijk al voorafgaand aan de raadscommissievergadering gesteld en beantwoord zijn. In de eerste termijn geven de commissieleden hun mening over het raadsvoorstel (benoemen plus- en/of minpunten) en vindt een verkennende discussie op inhoud plaats, zodat de opinies helder zijn. De brede fracties adviseren na de beraadslagingen over de agendering als bespreekstuk of hamerstuk in de volgende raadsvergadering. Tijdens de beeldvormende commissievergaderingen kunnen raads- en burgerleden technische vragen stellen. Deze vergaderingen zijn bedoeld om de raads- en burgerleden te informeren. Er worden geen meningen gegeven of debat gevoerd.

 

Artikel 15 advisering

Na het debat geven de fracties een advies over het raadsvoorstel. Zij kunnen adviseren om het raadsvoorstel als hamerstuk of als bespreekstuk door te laten gaan naar de raadsvergadering. Als twee fracties aangeven dat zij over een raadsvoorstel verder willen spreken dan adviseert de commissie zodanig.

In uitzonderlijke gevallen kan de raadscommissie de raad ook adviseren om een raadsvoorstel van de agenda af te voeren. De raad zal hier wel zelf een keuze over moeten maken. Alleen de raad gaat over zijn agenda.

 

Artikel 16 Voorstellen van orde

Ieder lid heeft te allen tijde het recht een voorstel van orde te doen. De beslissing of er inderdaad sprake is van een voorstel van orde is aan de raadscommissie. Over een voorstel van orde wordt direct besloten door de raadscommissie. Een voorstel van orde betreft bijvoorbeeld het schorsen van de vergadering voor een (overleg) pauze of een voorstel over de (beperking van de) spreektijden van de leden en overige deelnemers aan de commissievergadering.

 

Artikel 17 Verslag

Insprekers krijgen geen schriftelijk concept verslag toegestuurd omdat daarin alleen het onderwerp van hun bijdrage wordt vermeld. Zij worden vooraf gewezen op het openbare audioverslag. De commissievergaderingen kennen een steeds wisselende samenstelling. Er is mede daarom voor gekozen de verslagen van deze bijeenkomsten door de raad te laten vaststellen.

 

Hoofdstuk 4: Toehoorders en media

 

Artikel 18 Toehoorders en media

Artikel 26, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet regelt dat de voorzitter van de raad toehoorders die de orde verstoren, kan doen vertrekken en bij volharding in hun gedrag de toezegging kan ontzeggen. Voor de raadscommissie ontbreekt een dergelijke bepaling in de Gemeentewet. Het derde en vierde lid van dit artikel voorzien hierin.

 

Artikel 19 Geluid- en beeldregistraties

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Hoofdstuk 5: Besloten vergadering

 

Artikel 20 Opleggen geheimhouding

De raadscommissie en beeldvormende commissie kunnen geheimhouding opleggen op stukken en op alles wat besproken is tijdens een vergadering. Hiervoor moet wel een wettelijke grondslag voor zijn. Deze staan in artikel 5.1 lid 1 en 2 van de Wet Open Overheid.

 

Artikel 21 Nadere regels over delen van geheime informatie

Als de raad van het college of de burgemeester informatie ontvangt waar geheimhouding op rust mogen alleen raadsleden deze informatie inzien. Hierna mag alleen de raad deze geheime informatie delen met derden. Als deze informatie bij een raadsvoorstel zit wat besproken wordt in een commissievergadering dan mogen ook de burgerleden deze informatie inzien.

 

Artikel 22 Opheffen geheimhouding van geheimhouding

Dit artikel spreekt voor zich.

 

Artikel 23 besloten vergaderingen

De raads- of beeldvormende commissie kunnen besloten vergaderen. Hiervoor moeten vijf aanwezige leden een verzoek voor doen. Ook de commissievoorzitter kan “de deuren laten sluiten.” Als de commissie besloten vergadert dan is alles wat dan besproken wordt, inclusief het verslag, geheim, tot de commissie of de raad deze geheimhouding opheft.

 

Hoofdstuk 6: Slotbepalingen

 

Artikel 24 Uitleg verordening en artikel 25 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze artikelen behoeven geen toelichting.

Ga naar het begin